DIENEN

De grootste functie van iemand die zich beschikbaar stelt om het Werk van God te doen, is dienen! Dit is je grootste verantwoordelijkheid.

Met welke reden dienen wij God? Ogenschijnlijk kan dienen in onze cultuur gezien worden als een “last”. Een verantwoordelijkheid die in de ogen van anderen geen enkele eer brengt.

Waarom?

Omdat de functie van een dienaar nederiger is. Het is meer werk. Terwijl de ander die gediend wordt, ogenschijnlijk een leven heeft dat makkelijk is en meer eer heeft.

Dus, waarom is het dienen de grootste functie van een persoon die het Werk van God doet?

Omdat het onthult wat er in je binnenste gebeurt.

Als de persoon dankbaar is voor hetgeen dat in haar binnenste aan het gebeuren is, heeft zij plezier in het dienen en niet alleen het dienen van de verantwoordelijke, maar iedereen die om haar heen is. Het zal geen last zijn, maar iets dat in haar binnenste vloeit.

Hier is de grootste reden om te dienen: het feit dat iets in je binnenste aan het vloeien is. Als dit niet aan het gebeuren is, zal het voor jou iets onaangenaams en onterend zijn.

Velen zeggen onbewust dat ze houden van “dienen”, omdat ze in het Werk van God zijn en dit is het “motto”, maar de echte intentie zit in het ontvangen van verdiensten. Soms dien je en verwacht je er iets voor terug; je verwacht erkenning van een autoriteit om eer te winnen of op te vallen enz.

Anderen, omdat ze zo onzeker zijn, (leven afstandelijk van het geloof), doen alles om de naasten te behagen en verbergen zo hun behoeftes, situaties en geestelijke staat. Ze willen de indruk overbrengen dat ze een goed persoon zijn die geen problemen heeft met iemand en zo camoufleert de persoon zich voor verschillende bedrieglijke dingen.

Zo gaat zij ervan uit dat ze een “dienares” is, omdat ze haar handelingen observeert en haarzelf ziet als een “goed persoon”. Ze ziet dan niet de nood om te veranderen, of beter, Jezus te zoeken, de Redder.

Voor haar was de Redder nuttig toen ze in het begin naar de Kerk kwam, voor de bevrijding, de bekering, de nieuwe geboorte en in een aantal gevallen zelfs de doop met de Heilige Geest, maar daarna had ze nooit meer de behoefte om de Here Jezus te zoeken als haar Redder. Ze zag haarzelf niet meer als een zondares.

Als ze bewust zijn dat ze “zondaars” zijn, kijken ze alleen naar de fouten en zeggen ze dat iedereen een zondaar is.

Dus, je gebed, je komst naar de kerk, je bediening, je karakter wordt allemaal oppervlakkig!

Je counselt het volk, evangeliseert, drijft demonen uit… bent zelfs actief, maar niet in het binnenste, waar geen rivier van levend water stroomt.

Met dank aan : Viviane Freitas