‘Zie, hoe groot is de liefde die de Vader ons gegeven heeft: dat wij kinderen van God worden genoemd. Daarom kent de wereld ons niet, omdat zij Hem niet kent.’ (1 Johannes 3:1 )
Zelfs het kind van de eigenaar van de bakkerij wordt beschouwd door de wereld. Maar welke waarde heeft u, als u tegen de wereld zegt dat u een kind van God bent? De wereld kent uw VADER niet!
“Om hoe dan ook te komen tot de opstanding van de doden.” (Filippenzen 3:11 )
Mediterende over deze heilige tekst, werd ik diep geraakt door deze bevestiging van een man van God, wiens nalatenschap vele miljarden mensen heeft gezegend, sinds zijn heengaan naar de eeuwige glorie. En het is logisch dat ik me refereer naar apostel Paulus.
Geachte Bisschop,
Ik zou graag wat willen zeggen over wat er gebeurt is in Haïti, en ook een reflectie willen delen over hetzelfde onderwerp.
Afgelopen zaterdag heeft er een aardbeving plaatsgevonden met een kracht van 7.2, in een van de belangrijkste steden van Haïti en deze was sterker dan die van 2010, die Port-au-Prince vernietigende.
Saul was ongehoorzaam aan de Heer en provoceerde zo Zijn toorn. Ik hoop dat deze verzen vrees zullen brengen tot een ieder die dit leest.
“Toen zei Samuel tegen Saul: Houd op, dan zal ik u vertellen wat de HEERE vannacht tot mij gesproken heeft. En Saul zei tegen hem: Spreek. En Samuel zei: Is het niet zo, dat u, hoewel klein in eigen oog, hoofd van de stammen van Israël geworden bent, en dat de HEERE u tot koning over Israël gezalfd heeft?” (1 Samuel 15:16-17)
Goedendag, Bisschop!
Niet zo lang geleden waarschuwde u ons over de vreugde van het corrupte hart, het hart dat zich verblijdt over het aantal mensen in de dienst, wonderen etc.
Mediterende hierover, herinnerde ik mij wat de Here Jezus Zelf zei tegen de discipelen, toen ze blij terug kwamen, vanwege “het resultaat” dat ze gezien hadden:
Jakob had geen idee van de zegen die God voor hem had voorbereid, door te trouwen met Lea, omdat hij zijn hart volgde, gecharmeerd door de uiterlijke schoonheid van Rachel. Hetgeen hem de zegen van God liet verwaarlozen, want hij dacht dat het heel weinig was…
Hij wilde gezegend zijn zoals zijn vader Isaak, maar hij was ver van wie Isaak was.
Als we even stoppen en degenen die in het geloof schipbreuk hebben geleden analyseren, zullen we de volgende eigenschap bij iedereen zien:
Het hart wilde iets, of veel dingen, en het werd hem gegeven.
Zo werd dat hart een hart vol verlangens, dat de Wil van God verachtte.
Koning Salomo probeerde zijn hele leven lang de leegte van zijn ziel te vullen door zich over te geven aan zijn hart. Daarom was de frustratie zeker en groot, zoals velen die niet in het Woord van de Allerhoogste zoeken, de Enige die in staat is om een dergelijke transformatie te verwezenlijken; de Heilige Geest.
“Ik onderzocht mijn hart door mijn lichaam te verkwikken met wijn (mijn hart echter behield in wijsheid de leiding) en door dwaasheid aan te grijpen, totdat ik zou zien wat het beste is voor de mensenkinderen om onder de hemel te doen tijdens het getal van hun levensdagen.” (Prediker 2:3)
“Schep mij een rein hart, o God, en vernieuw in mijn binnenste een standvastige geest. Verwerp mij niet van voor Uw aangezicht en neem Uw Heilige Geest niet van mij weg.” (Psalm 51:12-13)
David vroeg 4 dingen aan God:
Goedemorgen Bisschop!
Op een dag zei u tegen mij dat als wij willen dat het kwartje valt in de mensen, wij door moeten zetten in een argument.
Denkend hierover, zie ik dat deze passage hieronder er alles mee te maken heeft, want wanneer zijn pastors verdorven en vol in het HART, vol gevoelens, verlangens en neigingen met dingen van deze wereld?
De stad São Paulo heeft de Tempel van Salomo gezien, maar helaas gaf deze niet de nodige waarde aan Gods geschenk om ZICHZELF, met een grote demonstratie van liefde en zorg, BEKEND TE MAKEN, om deze zeer drukke regio van Brazilië te zegenen en te beschermen.
In juli 2014, werd de bouw van de prachtige Tempel van Salomo volbracht. Het heiligdom heeft het eerste ontwerp, die aan Mozes gegeven werd toen hij nog door de woestijn heenging. Maar later, ontving koning David het architectuur van de Tempel, ondertekend door God Zelf. En, onlangs, inspireerde de Here mijn man, om Zijn volk te doen herinneren en het redden van het Abrahamisch geloof, doormiddel van deze bouw.
In het onderstaande woord is het duidelijk dat hij aan een zijden draadje stond, één stap verwijderd van het instorten.
